Meerdere subsidieregelingen bij investeringen in energiebesparing en duurzame energie
Nederland heeft de ambitieuze doelstelling om 14% hernieuwbare energie van het totaal energiegebruik in 2020 te realiseren. Hiervoor moeten alle zeilen worden bijgezet omdat dit momenteel slechts 5% is. Ook in 2017 worden investeringen in duurzame energie en energiebesparing weer gestimuleerd met een aantal subsidieregelingen en fiscale regelingen.
Subsidie Duurzame Energie (SDE+)
Subsidie wordt vertrekt per eenheid geproduceerde duurzame energie. De subsidieverstrekking loopt afhankelijk van de investering 8, 12 of 15 jaar door maar per jaar wordt het subsidiebedrag gecorrigeerd met de marktprijs voor energie voor het betreffende jaar. Ook is er per categorie een maximaal aantal vollast uren waarover de subsidie wordt verstrekt. Deze regeling kent een gefaseerde openstelling waarbij aanvragen in de eerdere fase een lager subsidiebedrag hebben dan in de fasen daarna. Dit betekent dat investeerders die zich eerder voor een lager subsidiebedrag aanmelden een hogere kans van toekenning hebben, maar subsidie mis lopen als er in een latere fase nog budget over is. Investeringen die onder deze regeling vallen zijn:
- energieproductie uit biomassa (biogas, warmte, elektra) vanaf 500 kW thermisch
- geothermie
- waterkracht
- energie uit osmose
- windenergie
- zonenergie (warmte vanaf 200 m2 apertuur oppervlak; elektra vanaf 15 kWp op grootverbruikers elektra aansluiting)
In 2016 was het budget zowel in het voorjaar als in het najaar ruim overschreden met aanvragen. Het is dus van belang een goede afweging te maken voor welk subsidiebedrag een aanvraag wordt gedaan. Investeringen in biomassa maken meer kans omdat het maximale subsidiebedrag voor veel toepassingen al in de eerste fase wordt gerealiseerd, wachten op een latere fase heeft dan geen zin. Zonnepanelen die pas in de derde fase de maximum subsidiebijdrage bereiken vallen vaak buiten de boot omdat het subsidiebedrag dan al is overschreden. Het mee stoken van biomassa in bestaande grote kolencentrales neemt een groot aandeel van het totale subsidiebudget, wat in 2016 totaal 9 miljard euro was. De benodigde vergunningen moeten aanwezig zijn voordat een aanvraag kan worden ingediend en vaak is een haalbaarheidsberekening nodig. Het is dan ook van belang dat op tijd naar de mogelijkheden wordt gekeken voor deze regeling die naar verwachting in maart 2017 weer open gaat.
Investerings Subsidie Duurzame Energie (ISDE)
Deze regeling geeft een vast subsidiebedrag over het investeringsbedrag. De regeling loopt nog tot en met 2020 waarbij per jaar het subsidiebudget kenbaar wordt gemaakt. In 2016 is dit 70 miljoen euro en er kunnen nog aanvragen worden gedaan voor 2016. De investeringen die onder deze regeling vallen zijn:
- warmtepompen met een nominaal vermogen tot 70 kW thermisch (behalve lucht-lucht warmtepompen)
- zonneboilers met een maximaal apertuuroppervlak van 200 m2
- biomassa ketels met een vermogen tussen 5 en 500 kW. Ook pelletkachels vallen hier onder.
De hoogte van het subsidiebedrag per apparaat hangt af van het soort installatie en de energieprestatie daarvan. De exacte bedragen staan in de apparatenlijsten die RVO publiceert. Leveranciers die nog niet op de lijst staan kunnen hun apparaat aanmelden.
Energie Investerings Aftrek (EIA)
Dit is een fiscale maatregel voor investeringen in energiebesparing of duurzame energie. Daarvoor moet dus wel winst worden gemaakt. De EIA is in 2016 58% over het investeringsbedrag wat in aanmerking komt. Dus indien een investering van €100.000,- in aanmerking komt, kan €58.000,- hiervan van de fiscale winst worden afgetrokken. Het minimale investeringsbedrag om in aanmerking te komen voor EIA is € 2.500,-.
De EIA kan niet worden gecombineerd met SDE+. Er is een uitgebreide lijst met specifieke maatregelen. Indien een maatregel niet in lijst met specifieke maatregelen staat, kan een maatregel als generieke maatregel worden gemeld. Hiervoor moet een energiebesparing worden aangetoond met een berekening. Aanmelden moet binnen 3 maanden nadat een aankoopverplichting is aangegaan.
Milieu Investerings Aftrek (MIA) en Vervroegd afschrijven (Vamil)
Ook dit is een fiscale maatregel, maar dan voor investeringen in milieuvriendelijke investeringen. In 2016 kan afhankelijk van de investering 13,5%, 27% of 36% van een investering die op de milieulijst voor komt van de fiscale winst worden afgetrokken. Ook hier geld een minimaal investeringsbedrag van €2.500,- om in aanmerking te komen. Bij een aantal investeringen kan dit worden gecombineerd met 75% van het investeringsbedrag vervroegd afschrijven. Op deze lijst staan naast een groot aantal individuele investeringen ook totaal concepten in de agrarische sector zoals Maatlat Duurzame Veehouderij en Groenlabelkas of andere concepten van duurzaam bouwen in de utiliteitbranche. In deze totaalconcepten is energiebesparing en/of duurzame energie een onderdeel. Aanmelden moet binnen 3 maanden nadat een aankoopverplichting is aangegaan.
Meer informatie? | |
---|---|
Dhr. Ing. J. (John) van de Ven
Adviseur energie en subsidies
06 - 53 70 68 41 jvandeven@aelmans.com |
Dit artikel heeft betrekking op de volgende werkvelden: